Coronagolven komen hier nog altijd voor, maar hebben steeds minder impact

We hebben in Nederland nog altijd te maken met oplevingen van het coronavirus, maar die vormen geen bedreiging voor de volksgezondheid. De nieuwste coronacijfers ondersteunen dinsdag de conclusies van het Outbreak Management Team (OMT). Dat stelde vorige week dat corona nu een alledaagse infectie is en adviseerde ook de laatste coronaregels te schrappen. Het coronavirus zet de zorg en de samenleving niet meer onder grote druk, zegt RIVM-topman Tjalling Leenstra tegen NU.nl.

De laatste weken neemt het aantal coronabesmettingen langzaam maar zeker toe. Dat blijkt uit de toename van het aantal positieve tests, ziekenhuisopnames en virusdeeltjes in het rioolwater. Maar omdat corona vorige week de endemische fase bereikte, wordt het nu op dezelfde manier behandeld als een griepvirus.

“Endemisch betekent niet dat het weg is. Maar er is een hoge afweer onder de bevolking, die beschermt tegen ernstige ziekte en voorkomt dat het virus veel rondgaat”, legt Leenstra uit. Hij volgde afgelopen juni Aura Timen op als hoofd landelijke coördinatie infectieziektebestrijding bij het RIVM.

“We hebben sinds de zomer drie golven gezien, waaronder in oktober en december. Het virus ging toen behoorlijk rond, maar er werden steeds minder mensen ernstig ziek. De gevolgen van de rondgang van het virus nemen dus af. Het zit qua ziektebeeld nu in de buurt van griep of andere luchtweginfecties.”

Het RIVM blijft corona wel met extra aandacht volgen, omdat het nog niet zeker is dat het zich als andere luchtwegvirussen blijft gedragen. “Het is nog steeds een relatief nieuw virus. Van griep weten we wanneer we de jaarlijkse piek kunnen verwachten. Bij corona hebben we nog geen duidelijk seizoenspatroon, het gaat nog op en neer. In totaal komen er nog steeds meer mensen door in het ziekenhuis terecht dan door normale griep.”

Kans op ziekmakendere varianten neemt steeds verder af

Een voorbeeld van de onberekenbaarheid van corona is dat er een nieuwe variant kan ontstaan die mensen zieker maakt. Maar de kans erop wordt wel steeds kleiner naarmate er meer tijd verstrijkt.

“We verwachten niet dat er nog een nieuwe variant opkomt die zich opeens anders gedraagt en problemen veroorzaakt. Maar dat weet je achteraf pas zeker, en dat kan nog wel een paar jaar duren. Daarom ligt in het laatste OMT-advies ook de nadruk op het belang van surveillance”, zegt Leenstra.

Naar verwachting zal de XBB-variant van het virus snel dominant worden in Nederland. Het RIVM ziet nu vooral recombinanten, subvarianten die eigenlijk een combinatie zijn van eerdere subvarianten. De kans dat een nieuwe variant opeens ziekmakender is dan zijn voorgangers, is dus heel klein. Of zoals Leenstra het omschrijft: “Het moet wel een heel bijzondere variant zijn om de opgebouwde afweer te omzeilen en tot problemen te leiden.”

Leenstra benadrukt wel dat het dan gaat om het algemene beeld. “Bij het overgrote deel van de mensen is er hooguit sprake van een mild ziektebeeld. Maar er zijn nog steeds groepen kwetsbare mensen die een verhoogd risico hebben. Mensen boven de zeventig, met een onderliggende aandoening of speciale medicatie, zijn gevoeliger voor een luchtwegvirus en kunnen er nog veel last van hebben.”

RIVM verwacht een carnavalspiek

De allereerste coronagolf in Nederland, in maart 2020, was mede het gevolg van carnaval dat jaar. Het zou een symbolisch einde zijn als de carnavalsgolf drie jaar later de laatste golf zou zijn. Het is alleen nog te vroeg om dat te zeggen.

“We hebben nog geen compleet beeld van het carnavalsweekend, dat weten we volgende week pas”, zegt Leenstra. Toch verwacht het RIVM wel een carnavalspiek. “Corona is een besmettelijke ziekte. Hoe meer contact je hebt, hoe meer risico op verspreiding. De allereerste golf kwam ook na carnaval.”

De topman van het RIVM wijst erop dat de drukte van carnaval ook voor de verspreiding van andere virussen kan zorgen. “Er geldt nog steeds een algemeen advies om bij klachten thuis te blijven. Het OMT adviseert maatregelen die specifiek voor corona waren te verbreden naar alle luchtweginfecties. Want ook daar kan je nog steeds ziek van worden.”